Het boek over vrede en vreugde, tekst 78

Water kan alles.

Wat is een drupje water? Je veegt het zo weg.
Nevel, je kijkt er dwars doorheen.
Toch kan water alles.

Je kunt er limonade mee maken en thee.
Je hebt waterijsjes en watermeloenen.
Met water kun je aardappels en boontjes koken.

Alles groeit in de natuur, dankzij water.
De wolken in de lucht, regen en sneeuw, allemaal water.
Water kan ook een gevaarlijke, woeste zee zijn.
Of een kolkende rivier. Je kunt er in verdrinken.
Kokend water, daar kun je je lelijk aan verbranden.
Hout gaat van water rotten en ijzer gaat roesten.
Als je zwemt, gaat water gemakkelijk opzij.
En jij en ik, hoeveel water zijn wij?

Daarom is het wijs om net als water te zijn.
Je past overal.
Je laat leven groeien.
Je bent een bron van het leven.