©  george burggraaff
© 2015 George Burggraaff

Toelichting bij Tao tekst 27

De les voor leraar en leerling.

De wijze als reiziger, ook al in tekst 26.
Als hij of zij goed werk doet, merken anderen er niets van.
Mensen denken dat ze het zelf hebben gedaan.
Tekst 17, ook een tekst over leraar en leerling.
De reiziger is al weer verder.
Kritiek geven is, dat is vaak gemakkelijk.
Iets waardevols bijdragen, welgemeend, dat inspireert.

Na de verrassende tekst 20, waarin het opeens over de auteur
(de wijze) zelf gaat, geven de volgende teksten aan
hoe je je moet gedragen als volger van de Tao,
als keizer die de Tao volgt en in deze tekst,
als wijze en goed mens die de Tao volgt.
Je doet je werk in stilte,
vanuit je hart en je verbinding met de Tao.
Daar heb je geen telraam, geen slot en geen touwen voor nodig.
Je probeert ‘gewoon’ alles en iedereen te helpen.
Als je oordeelt, maak je dit voor jezelf moeilijker of onmogelijk.

Kent u het verhaal over een boer waarvan de paarden weglopen?
Ahh, wat een pech.
Er komen rovers, die overal de paarden roven en huizen verbranden.
Het huis van de arme boer zonder paarden wordt overgeslagen.
Zijn zoon vindt de paarden, maar breekt bij het vangen een been.
Alle andere zonen in het dorp moeten in krijgsdienst.
Wat is geluk en wat is pech?

Leraar en leerling draaien als het yin en yang teken om elkaar heen,
ze hebben elkaar nodig en wisselen van positie.
Datzelfde geldt voor een goed mens en een kwaad mens.
Als je geen zorg en geen respect geeft, dan gaat het fout.
Wanneer je dit ‘geheim’ begrijpt, dan voel je je ook goed.